Engeland – Nederland

Engeland

Engelse blinden ongewenst op de werkvloer

Negen van de tien Britse werkgevers breekt de wet door blinde en slechtziende werkzoekenden te discrimineren. Dat blijkt uit een onderzoek van het Royal National Institute of the Blind (RNIB). Het rapport ‘Beyond the Stereotypes’ onthult dat 92 procent van de werkgevers meent dat het moeilijk of onmogelijk is iemand met een visuele handicap in dienst te hebben. Bovendien zien werkgevers mensen met een visuele handicap als de meest lastige categorie van verschillende groepen mensen met een handicap waaronder rolstoelgebruikers, doven, mensen met schizofrenie, artritis of de ziekte van Parkinson. Het is dan ook niet vreemd dat driekwart van de mensen met een visuele handicap in Groot-Brittannië werkloos is.

Het RNIB wijt de negatieve houding van werkgevers aan onwetendheid en achterhaalde denkbeelden. De wet tegen discriminatie op basis van een handicap uit 1995 heeft weinig invloed op de dagelijkse arbeidspraktijk in Engeland. Ook het overheidsproject Access to Work, dat gehandicapte werknemers praktisch en financieel ondersteunt, zet te weinig zoden aan de dijk volgens het RNIB.

Campagne

Om publiek en werkgevers bekend te maken met de mogelijkheden van mensen met een visuele handicap op de werkvloer, is het RNIB de campagne “Work matters – Seeing the Potential of Workers with Sight Loss” gestart.

Nederland

In Nederland is er weinig bekend over de recente situatie op de arbeidsmarkt voor visueel gehandicapten. Het laatste onderzoek dateert uit 1998 en werd uitgevoerd door het Verwey-Jonker Instituut. Op dat moment waren er ongeveer 625.000 slechtzienden en blinden in Nederland. Voor zo’n 35.500 mensen tussen de 18 en 55 jaar was arbeid relevant. Circa een kwart van de blinden en slechtzienden had betaald of onbetaald werk.